Kruiselings loonbeslag
Het niet inzien van het openbare huwelijksgoederenregister alvorens een kruiselings loonbeslag te leggen, komt de deurwaarder duur te staan als blijkt dat dit beslag niet gelegd had mogen worden (omdat er sprake is van huwelijkse voorwaarden). Er mag een hoge mate van zorgvuldigheid worden verwacht van de gerechtsdeurwaarder die overgaat tot beslaglegging onder de werkgever van de partner van een schuldenaar. Het beslag wordt immers gelegd op het inkomen van de niet-schuldenaar, waarbij diens werkgever komt te beschikken over (privacy)gevoelige informatie. De ondergrens van die zorgvuldigheid is raadpleging van het (openbare) huwelijksgoederenregister. Als dat niet is gebeurd volgt een berisping met kostenveroordeling (zie KvG 18 augustus 2020, TGDKG:2020:54 en KvG 2 oktober 2023, TGDKG:2023:70).
Overigens, een kruiselings loonbeslag voor een privé-schuld van de ene echtgenoot blijft ook naar het per 1 januari 2018 geldende huwelijksgoederenrecht mogelijk, zij het dat de helft van de onder het beslag vallende gelden op grond van art. 1:96 lid 3 BW moet worden betaald aan de andere echtgenoot.