Kan de bewindvoerder een procedure tegen zichzelf beginnen? Ja, in uitzonderlijke gevallen komt dit voor. Onlangs liet de Tilburgse kantonrechter zich erover uit.
De vraag is wie tegen wie procedeert als het vermogen van twee samenwoners onder bewind is gesteld bij dezelfde bewindvoerder en in het geding is aan wie het huurrecht moet worden toebedeeld. De rechter maakt duidelijk dat in zo’n geval de bewindvoerder zowel eiser als gedaagde is. Op grond van art. 1:441 lid 1 BW vertegenwoordigt de bewindvoerder bij de vervulling van zijn/haar taak de rechthebbende in en buiten rechte. Nu de bewindvoerder van partijen in de procedure is verschenen, is zij de formele procespartij geworden voor beide partijen. De vorderingen van partijen moeten dan ook geacht worden te zijn ingesteld tegen de bewindvoerder (als vertegenwoordiger van het onder bewind gestelde vermogen van partijen). Dit betekent dat het vonnis wordt gewezen tegen de bewindvoerder. Omdat de bewindvoerder beide partijen vertegenwoordigt zal voor de duidelijkheid in het vonnis de namen van partijen worden gebruikt als partijbenaming. De kantonrechter Tilburg kwam tot dit oordeel op 11 juni 2024 (RBZWB:2024:4121).