Ongevraagd leveren van drinkwater

Voor water uit de kraan moet betaald worden. De vraag is echter of dat ook geldt als er (nog) geen overeenkomst gesloten is met het drinkwaterbedrijf. De Hoge Raad geeft duidelijkheid.


Hoewel art. 7:7 lid 2 BW bepaalt dat een consument niet verplicht is te betalen als hij ongevraagd water geleverd krijgt, beslist het Europees Hof van Justitie (3 februari 2021, ECLI:EU:C:2021:91) dat het leveren van water zonder een daaraan ten grondslag liggende overeenkomst, de consument niet van zijn betalingsverplichting bevrijdt.

Is het Europees consumentenrecht van toepassing?

Het Europees consumentenrecht is niet van toepassing op de handelspraktijk van een drinkwaterbedrijf die erin bestaat dat de aansluiting op de openbare drinkwatervoorziening in stand wordt gehouden wanneer een consument een eerder bewoonde woning betrekt, ingeval deze consument geen keuzevrijheid heeft wat betreft het drinkwaterbedrijf, dat bedrijf kostendekkende, transparante en niet-discriminerende tarieven hanteert die gebaseerd zijn op het drinkwaterverbruik, en de consument weet dat die woning aangesloten is op de openbare drinkwatervoorziening en dat de levering van drinkwater niet gratis is. Kortom, voor water uit de kraan moet betaald worden, ook al is er (nog) geen contract afgesloten met het drinkwaterbedrijf.

Uitspraak van de Hoge Raad

Nadat de Hoge Raad deze prejudiciële beslissing van het Europees Hof van Justitie heeft uitgelokt, maakt de Hoge Raad (17 december 2021, HR:2021:1889) tevens duidelijk dat het krachtens de Drinkwaterwet leveren van drinkwater niet valt binnen de werkingssfeer van Richtlijn 2005/29/EG (oneerlijke handelspraktijken), art. 9 Richtlijn 97/7/EG (koop op afstand) en art. 27 Richtlijn 2011/83/EU (consumentenrechten).

De doelstellingen die de Drinkwaterwet nastreeft houden verband met het belang van de volksgezondheid en niet met de bescherming van de economische belangen van consumenten. Het consumentenrecht biedt de consument in dit geval geen extra bescherming.

Huishoudens met kinderen

Overigens, huishoudens met kinderen kunnen worden afgesloten van drinkwater. Dit volgt uit een uitspraak van de rechtbank Den Haag van 6 april 2022 (RBDHA:2022:3043). De primaire verantwoordelijkheid voor het welzijn van kinderen ligt bij de ouders/verzorgers. Het is dan ook in de eerste plaats aan hen om een regeling te treffen als zij de rekening niet kunnen betalen, zodat de toegang tot drinkwater wordt voortgezet of hersteld.

De rechtbank komt tot de conclusie dat het Internationaal Verdrag inzake de rechten van het Kind (IVRK) een kind geen onvoorwaardelijk recht op toegang tot drinkwater geeft. Ook het Europees Verdrag tot Bescherming van de Mens (EVRM) geeft dat niet. Met de huidige Drinkwaterwet en daarop gebaseerde regelingen is er evenmin sprake van een situatie in strijd met de mensenrechten als het water wordt afgesloten vanwege wanbetaling.