De mogelijkheid van een anonieme dagvaarding mag alleen in uiterste noodzaak en met grote voorzichtigheid gebruikt worden indien in alle redelijkheid niet de naam en de woonplaats van gedaagde achterhaald kan worden (door het bevolkingsregister te raadplegen en/of bij de eigenaar van de onroerende zaak te informeren en/of een gemeentelijke buitendienstmedewerker met een nader onderzoek te belasten).
In de praktijk verlangt de rechter stukken waaruit blijkt dat er pogingen zijn ondernomen om de namen te achterhalen. De regeling voor de anonieme dagvaarding is niet strijdig met het gelijkheidsbeginsel van art. 14 EVRM en heeft geen discriminatoir karakter. Een anoniem gedagvaard persoon, zo hij in rechte wil verschijnen om verweer te voeren, moet zijn identiteit bekend maken. Blijft hij hiermee in gebreke, wordt hij geacht niet in rechte te zijn verschenen en volgt verstekverlening tegen hem.
Hij die anoniem is gedagvaard kan niet onder handhaving van die anonimiteit als eiser in hoger beroep optreden. Het dient te gaan om een vordering tot ontruiming. Een vordering tot het voldoen van een geldsom zal worden afgewezen. Krakers kunnen niet worden gedagvaard met betrekking tot een vordering tot een (voorschot op een) schadevergoeding (zie voorzieningenrechter Amsterdam 19 juni 2013 RBAMS:2013:9453). Op dit punt is de dagvaarding nietig.