Kan een koper op een veiling van een woning elke “kraker” zo maar laten ontruimen? In dit kader zijn twee tegengestelde rechterlijke uitspraken interessant.
De voorzieningenrechter Rotterdam (7 september 2016, RBROT:2016:10137) maakt nog eens duidelijk dat niet elke “kraker” zo maar mag worden ontruimd enkel op basis van art. 525 lid 3 Rv. Dit is slechts mogelijk indien de veilingkoper hiermee onbekend was op het moment van inschrijving van het door de notaris opgestelde proces-verbaal van toewijzing. Mochten er voordien aanwijzingen bestaan dat er zich krakers in een registergoed bevinden, hetgeen een vergewisplicht veronderstelt, is de veilingkoper aangewezen om op basis van een onrechtmatige daad-actie een aparte ontruimingstitel te verkrijgen tegen de krakers.
In een vergelijkbare zaak oordeelt de voorzieningenrechter Groningen (15 juli 2022, RBNNE:2492) dat de veilingkoper niet bekend was met de aanwezigheid van krakers.
Het feit dat de verkopende partij wist van de aanwezigheid van krakers in het pand, kan niet aan de veilingkoper worden toegerekend. Uit het feit dat de Basisregistratie gebouwen meldt dat het pand een woonfunctie heeft, mag niet zonder meer worden afgeleid dat er zich personen zonder recht of titel in het pand bevinden ten tijde van de verkoop. Dit geldt ook voor de in de veilingvoorwaarden opgenomen bepaling dat het pand mogelijk bewoond is. Verder kan van een veilingkoper redelijkerwijs niet worden verlangd dat deze voorafgaand aan de veilingkoop in de Basisregistratie personen onderzoek doet naar de mogelijke aanwezigheid van personen zonder recht op titel in het pand. Kortom, in dit geval levert het proces-verbaal van toewijzing wel een ontruimingstitel op.
In de cursus Beslag op en uitwinning van onroerende zaken wordt nader ingegaan op bovenstaande problematiek.